Cristarmadillidium muricatum

 

Sale!

13 x Cristarmadillidium muricatum

€ 40,00 € 30,00
Sale!

13 x Cristarmadillidium muricatum

€ 40,00 € 30,00

Volwassen dieren zijn 7 à 8 mm. 

Deze kleine soort komt voor in oostelijk Spanje (de provincies Murcia, Alicante en Valencia) en op het ruim 200 kilometer zee inwaarts gelegen eiland Ibiza.

Deze mini-isopods zijn troglodiet (in grotten levend). Ze worden (op het vasteland) vooral aangetroffen in karstgrotten (grotten die zijn ontstaan doordat het kalkhoudend gesteente opgelost wordt door water). Op Ibiza leven ze ook in spleten van kalksteenbodems die niet grot-gerelateerd zijn.

Het is dus aannemelijk dat de dieren een redelijke kalkbehoefte zullen hebben. Vanaf het begin (juli 2022) gebruikt ik alleen sepia in hun bakje als calcium-bron. Dus geen kalksteen. En nu, halverwege december 2022, lijkt dit geen probleem op te leveren. Ze doen het goed en planten zich prima voort.

De op Ibiza levende dieren zijn daar vrijwel zeker door verspreiding via drijfhout o.i.d. en/of door menselijke activiteiten terecht gekomen. Genetisch gezien bleken ze namelijk weinig anders dan de vasteland dieren en aangezien Ibiza pas in het Messinien los raakte van het vasteland is het niet aannemelijk dat ze daar toen al leefden. Het Messinien duurde van ca. 7.000.000 tot 5.000.000 jaar geleden en wanneer C. muricatum toen al op Ibiza leefde, dan zouden ze genetisch vrijwel zeker veel meer moeten verschillen van de vasteland dieren.

Deze soort wordt 7-8 mm lang en heeft kleine stekels en is “zacht-oranje-geel” van kleur. Zie de foto’s.

Waarom deze diertjes stekels hebben ontwikkeld is niet duidelijk. Vermoedt wordt dat ze dienen om zich te beschermen tegen roofdieren zoals vogels, kikkers en hagedissen. Maar aangezien de spikes erg klein zijn (alles is klein bij deze soort), zal dat, mijns inziens, weinig indruk maken op de eerder genoemde roofdieren.

Ik geloof ook niet dat ze scherp zijn, al heb ik niet geprobeerd dit te voelen omdat ik bang ben dat ik zo’n klein beestje schade toebreng o.i.d.

Ik heb deze soort sinds begin juli 2022 en ik houd ze op de hieronder beschreven manier….

De voorkeurstemperatuur zou volgens de ene website 24 – 28 graden C. moeten zijn en bij een andere 20 – 26 graden C. Bij mij zal het voornamelijk tussen de 20 en 26 liggen. Al was de temperatuur in de zomer van 2022 ook wel een poosje een stuk hoger. Overdag tot boven de 32 graden C. en in de nacht niet onder de 26 graden C. Voor zover waarneembaar hebben ze hier geen last van gehad.

Een volwassen exemplaar op mijn wijsvinger

Je kunt deze soort het beste houden zoals de meeste Porcellio soorten: een droge bodem met een hoekje/strookje altijd vochtig sphagnum en redelijk wat ventilatie. Ik heb in ieder geval op deze manier mijn bak(-je) ingericht en het lijkt te werken. Ik heb al jongen zien rondscharrelen.

De bak hoeft niet groot te zijn. Ik heb ze in een bakje van 25cm x 15cm x 12cm (LxBxH) ondergebracht. Ik heb niet het idee dat ik ze hier tekort mee doe.

Boven het altijd vochtige sphagnum “zweeft” (omdat het aan een kant op een stukje witrot hout ligt) een stuk kurkeikschors en op het droge deel ligt een stukje schors van een mij onbekende boomsoort. Ik zie altijd redelijk wat dieren ondersteboven hangen aan het schors dat op het sphagnum ligt. Zo nu en dan zitten er ook wel eens een paar onder het andere schors. In tegenstelling tot veel andere isopod-soorten gaan deze dwergjes er niet meteen vandoor wanneer je het schors oppakt en omdraait.
Ik heb niet het idee dat deze diertjes "last" hebben van de winterse temperaturen op zolder (kan wel eens tot 13-15 graden Celsius zakken). Sterker nog, ze gingen gewoon door met zicht voort te planten. Mocht ik hier toch nadelige gevolgen van zien, dan zal ik het hier melden. Dit "temperatuur-probleem" doet zich, als alles goed gaat, alleen nog voor in de winter van 2022/2023. Begin 2023 zijn de isopods verhuisd naar een verdieping lager: een slaapkamer waar wel een verwarming hangt. Laagste temperatuur in de winter is zo'n 17 graden C. Hier doen ze het ook prima.

Wat ik meestal zie wanneer ik het kurkeikschors omdraai (augustus 2022)


Wat ik halverwege december 2022 zie  (en dan zitten er ook nog een aantal exemplaren op/in het sphagnum)

Ik gebruik voor deze soort mijn gebruikelijke substraat. Dit is ónder het sphagnum vochtig, náást het sphagnum licht-vochtig en in de rest van de bak droog.

Hierop liggen dus twee stukken schors en wat bladeren (kastanje, hazelaar, eik).

 

Qua voedsel krijgen ze hetzelfde als mijn andere isopods: (klein) stukje verse groente (bijv. courgette, wortel, pompoen, etc.) en wat dierlijke eiwitten (o.a. visvlokken of mijn eigen proteïne-mix).

Er ligt er in hun bak ook witrot hout en dit schijnen ze, evenals de bladeren, graag te eten.

Uiteraard ontbreken enkele stukjes sepia niet om in hun kalkbehoefte te voorzien..

Waar ze qua voedsel de voorkeur aan geven weet ik (nog) niet; ze nemen maar heel kleine hapjes en dat is dus slecht te zien. Maar nu ze zich aardig aan het voortplanten zijn en er dus meer dieren zijn die mee-eten, komt het steeds vaker voor dat na een week het groenvoer verdwenen is en het merendeel van eiwitbronnen ook.
Ik leg het voedsel overigens altijd op het vochtige sphagnum, onder het stuk kurkeikschors. Zodat ze, als het ware, boven hun voedsel leven. Dit werkt goed voor mij dus ik blijf dit doen. 
Ik leg ook wel zo nu en dan wat eetbaars op een andere, drogere en niet "bedekte" plek. Ik zie soms wel dat hier een klein beetje van gegeten is, maar niet noemenswaardig. 
Ik vermoed dat de afstand van hun voor keursplek (onder het stuk kurkeikschors boven op het vochtige sphagnum) tamelijk groot is voor dergelijke kleine beestjes met mini-pootjes.
Ik vind dan ook maar zelden meer dan 4-5 exemplaren in het droge gedeelte.

 

Mijn eerste zes maanden met deze ukjes zijn me reuze meegevallen. De tijd zal leren hoe het zich verder gaat ontwikkelen.
Alleen al vanwege de prijs van deze soort zou ik ze niet zomaar aanraden als beginnerssoort. Maar wat hier ook een rol in speelt kan zijn dat je ze zelden ziet rondscharrelen in de bak. Wanneer je dat belangrijk vindt, dan is dit wellicht geen geschikte soort om mee te beginnen.

Leuk om te weten...

Naast A. muricatum zijn er ook nog enkele andere soorten van dit genus bekend.

 

In 1885 werd Cristarmadillidium muricatum beschreven door Budde-Lund

https://www.marinespecies.org/isopoda/aphia.php?p=taxdetails&id=259924

 

In 1954 werd Cristarmadillidium breuili beschreven door Vandel.

https://www.jouwweb.nl/v2/website/1891966/editor/page/10600787

 

In 2020 werd de soort Cristarmadillidium zaragozai door Cifuentes & Prieto beschreven.

https://www.marinespecies.org/isopoda/aphia.php?p=taxdetails&id=1457893

https://www.jouwweb.nl/v2/website/1891966/editor/page/10600787

 

In 2021 werd de soort Cristarmadillidium alticola beschreven door Cifuentes.

https://www.marinespecies.org/isopoda/aphia.php?p=taxdetails&id=1508800

 

In 2021 werd de soort Cristarmadillidium myrmecophilum beschreven door Recuero, Rodríguez-Flores & García-París.

https://www.marinespecies.org/isopoda/aphia.php?p=taxdetails&id=1551021

 

Waar de andere soorten leven en wat het onderlinge verschil is, weet ik (nog) niet volledig.

Misschien dat ik er eens een dag voor uittrek om alle literatuur er op na te slaan en dit uit te zoeken.

Heb daar nu geen tijd voor en het is voor de gemiddelde houder van isopods ook niet van belang.