Verzorging algemeen
Algemene verzorging van isopods
Het gaan houden/verzorgen van isopods begint natuurlijk met informatie verzamelen. Dit is tegenwoordig tamelijk gemakkelijk via bijv. Google. Er is erg veel informatie te vinden over elk onderwerp aangaande isopods. Veel goede informatie is in het Engels. Ben je niet erg goed in Engels (of een andere taal), maak dan gebruik van Google translate. De kwaliteit van de vertalingen is de afgelopen jaren enorm verbeterd. De vertalingen zijn in ieder geval goed genoeg om informatie te vergaren.
Ook op mijn website, porcellio.nl, staat zoveel mogelijk informatie die nuttig kan zijn bij de start met isopods.
Denk je genoeg basisinfo gevonden te hebben, dan begint de praktijk. En dan is het een kwestie van beginnen bij het begin: het isopodarium (het verblijf voor je isopods).
De eerste vraag die je moet stellen is welk formaat je wil gaan gebruiken.
Isopods worden vaak in groepjes van 12 tot 15 dieren verkocht. Voor een zo’n groepje is geen enorm verblijf nodig.
In de Verenigde Staten wordt vaak begonnen met een “6qt shoebox size plastic tub”. Zo’n kunststof schoenendoos is om en nabij 35 x 21 x 13 cm (5,5 à 6 liter inhoud).
Ook in Nederland zijn plastic schoendozen te koop.
Ik heb zelf dit jaar een set transparante kunststof dozen gekocht en in gebruik genomen met het volgende formaat: Breedte: 25 cm, Lengte: 34 cm, Hoogte: 16 cm. Deze hebben een deksel dat goed afsluitbaar is.
Dit formaat is groot genoeg om een groepje van 12 – 15 isopods in onder te brengen. Gewoonlijk zijn de isopods die je koopt niet (allemaal) volwassen. Dit is prettig, want wanneer je volwassen dieren koopt weet je niet hoe oud ze zijn en hoe lang ze nog blijven leven. Bij halfwas of jongere exemplaren weet je dat ze gewoonlijk een paar jaar meegaan.
Voor sommige grotere soorten (of wanneer je al snel jonkies hebt) is dit formaat een bak voor het eerste jaar of zo. Vind je de desbetreffende soort leuk en wil je er mee verder gaan, dan kun je altijd nog over gaan op een groter formaat. Er is keuze genoeg.
Onlangs kocht ik zes opbergboxen met een inhoud van 45 liter (Hoogte 30.2 cm - Lengte 57.7 cm - Breedte 39.2 cm). Deze gaan gebruikt worden voor wat grotere soorten (bijv. Porcellio hoffmannseggi) en voor grotere groepen die veel jongen produceren (bijv. Porcellio laevis "dairy cow" en Armadillidium maculatum "zebra").
Welke kunststof boxen je ook kiest, zorg er voor dat er een deksel bij zit en dat ze goed doorzichtig zijn (wanneer je je dieren ook wilt kunnen zien zonder de bak open te moeten maken).
Armadillidium peraccae
De volgende stap is de doos geschikt maken om er isopods in te houden.
Van belang is dat er ventilatie aanwezig is in je isopodarium. Dit zal je zelf moeten doen.
Je kan bijvoorbeeld een aantal gaatjes boren in de wanden en het deksel. Doe dit niet te laag, want pas geboren isopods zijn erg klein en kunnen dan ontsnappen. Net onder de bovenrand van de bakken is een goede locatie voor gaatjes.
Ikzelf ben geen voorstander van gaatjes. In mijn woonomgeving zijn erg veel varenrouwmugjes (ook wel rouwvliegjes genoemd). Deze worden aangetrokken tot vochtige aarde om daar hun eitjes in te leggen. Ze zijn niet schadelijk voor je isopods, maar vermenigvuldigen zich snel en zijn vreselijk irritant. Dus wanneer ik wel met geboorde gaatjes zou werken, dan zou ik daar weer horrengaas overheen doen.
Het is lastig om te zeggen hoe groot je ventilatiegaten e.d. moeten zijn. Dit hangt af van de grootte van je bak, de hoeveelheid en de hoogte van het substraat, de omgevingstemperatuur en de luchtvochtigheid en luchtstromen in de ruimte waar de bakken staan.
Leidraad kan zijn dat je beter wat grotere ventilatiegaten maakt die je, wanneer het kan of nodig is, weer wat kan afdekken tot het gewenste resultaat qua luchtvochtigheid e.d. Bijvoorbeeld, wanneer je de bak opent en het ruikt er muf of schimmelig, dan zijn je ventilatiegaten waarschijnlijk te klein voor de vochtigheid in je bak. En droogt het substraat erg snel uit, dan zijn de ventilatiegaten waarschijnlijk te groot.
Uiteindelijk is het makkelijker om de te grote gaten in je bak kleiner te maken (afplakken o.i.d., dan het groter maken van te kleine gaten.
Wat voor formaat je ook kiest, dek het altijd af met fijnmazig , luchtdoorlatend gaas o.i.d. om te voorkomen dat er ongewenste beestjes naar binnen komen en isopods (vooral de hele kleintjes) naar buiten kunnen.
Ik maak in mijn kunststof boxen gaten met een gatenzaag (Ø 54 mm) en lijm daar ventilatieroostertjes in (Ø 53 mm) met een lijmpistool. Deze roostertjes worden voorzien van twee lagen extra fijn horrengaas zodat de eerder genoemde, irritante vliegende ***mugjes er niet in kunnen.
Wanneer je bakken voorzien zijn van de ventilatie, dan kun je het bodem substraat er in doen en het isopodarium inrichten.
Overigens kun je isopods ook in een voor hen ingericht, beplant terrarium houden. Hier heb ik (nog) geen persoonlijk ervaring mee.
Tevens is het mogelijk om een glazen terrarium (aquarium) te gebruiken. Maar zorg dan dat er een goed sluitend deksel op zit, want isopods klimmen moeiteloos langs de siliconenkit verbinding tussen de glazen wanden. In een volglazen oud aquarium is het wellicht lastig om voldoende ventilatie te creëren.
Ook is het mogelijk om de dieren in een houten terrarium te houden, maar zorg er dan wel voor dat de houten wanden aan de binnenkant goed behandeld zijn met, bijvoorbeeld epoxy, een vochtdichte laag. Anders zal op een gegeven moment schimmel toeslaan in de wanden.
Het is het verstandigst dat je, wanneer je isopodarium klaar is voor gebruik (dus alles wat nodig is, zit er in) je het een week (of twee) laat proefdraaien met alleen springstaartjes er in. Zo krijg je een beetje feeling over de vochtigheid e.d. zonder dat je isopods er onder lijden.
Afgaand op mijn ervaring hebben isopods niet elke dag "verzorging nodig. Eerder om de dag of elke derde dag. En bij een goed verblijf met de juiste inrichting kun je ze zelfs wel een week met rust laten."
Een algemene temperatuur binnen het isopodarium is 20-22 °C. Dit kan per soort verschillen.
Zie hiervoor de pagina Soorten.
Licht/donker
Op de zolder waar mijn isopods staan houd ik het daglicht buiten. Dit om te voorkomen dat de zon in de bakken gaat schijnen. De temperatuur loopt dan veel te hoog op in de bakken.
Aangezien de meeste levende wezens een dag/nacht ritme kennen, branden er op de zolder twee grote “led-TL buizen” van elk 4 watt. Is niet alleen prettig (denk ik) voor de dieren, maar ook voor jezelf als je de dieren aan het verzorgen bent. Ze worden via een tijdklok 12 uur aan- en 12 uur uitgeschakeld.
Temperatuurhuishouding
In de winter zorgt een, tot de gewone huisverwarming behorende radiator voor wat warmte. De meer warmte minnende soorten staan dichter bij de radiator dan bijvoorbeeld de inheemse soorten. Een ventilator van 15 watt staat op de radiator gericht waardoor de verwarmde lucht zich wat beter verspreidt.
Wanneer het in de zomer te warm dreigt te worden op zolder, staan er meerdere ventilatoren 24 uur per dag aan. Ook deze zijn 15 watt. Meestal twee maar wanneer nodig vier. Op deze manier wordt het (tot nu toe) niet warmer dan 29-30 graden Celsius op zolder. Dergelijke hoge temperaturen doen zich maar een paar keer per jaar voor (alles bij elkaar wellicht een paar weken).
En de praktijk heeft geleerd dat alle door mij gehouden soorten deze temperatuur probleemloos overleven. Uiteraard is het van groot belang dat je bij dergelijke temperaturen de vochthuishouding in de bakken goed in de gaten moet houden (bijv. twee keer per week vocht toedienen).
Te weinig vochtigheid is sneller fataal dan hogere temperaturen.
Porcellio hoffmannseggi "brown"
Het meest essentiële in de verzorging van isopods is de waterhuishouding. Zorg er ten alle tijde voor dat het substraat niet helemaal uitdroogt. Of wees in ieder geval zeker dat het "hoekje met sphagnum" voldoende vocht bevat. Isopods kunnen niet leven zonder water want ze ademen middels kieuwen!
Dit geldt voor alle soorten.
Wanneer je al wat meer ervaring hebt opgedaan met de verzorging van isopods, dan weet je op een gegeven moment dat jouw bakken bijvoorbeeld elke 2e of 3e of 4e dag wateraanvulling nodig hebben.
Een en ander is afhankelijk van de inrichting, maar ook van de hoeveelheid ventilatie in je bakken.
En de hoeveelheid ventilatie hangt weer enigszins af van de soort isopods. Veel van de Spaanse Porcellio soorten bijvoorbeeld houden niet van een vochtige omgeving en hebben dus redelijk wat ventilatie nodig.
Voor de meeste soorten kun je het beste een vocht-gradiënt aanhouden.
Zorg dat aan een kant van de bak het substraat vochtig gehouden wordt en de andere kant droog. Op deze manier hebben je isopods een keuze waar ze zich willen ophouden.
Zo af en toe een beetje water sproeien in de bak mag natuurlijk wel. Maar houd er rekening mee dat je isopod biotoop zich in een relatief kleine, afgesloten ruimte bevindt. Dus elke “ingreep”, zoals een beetje sproeien betekent een “grote” verandering. Wees terughoudend.
Isopods hebben vocht nodig, maar geen “natte voeten”.
Belangrijk om te weten is dat, zeker de hele jonge, isopods (mancae) erg slecht tegen droogte kunnen. Je vindt ze vrijwel altijd gezamenlijk op een vochtige plek.
Ik heb, toen ik net begonnen was met het houden van isopods, een periode gedemineraliseerd water gebruikt. Dit werd op diverse websites ernstig aangeraden. Ik vond het onhandig en onnodig duur. Steeds weer een aantal flessen water gaan kopen, geregeld zonder water terugkomen omdat het uitverkocht was. Hier werd ik erg chagrijnig van en ik was er dan ook klaar mee.
Het water in mijn omgeving (Zeeland) is van prima kwaliteit en volgens mij ook meer dan goed genoeg voor isopods. Ik gebruik het sinds eind 2020 en ik ben nog geen problemen tegengekomen.
Het enige voordeel, wat mij betreft, van het gebruik van gedemineraliseerd water is dat je geen kalkaanslag hebt op de binnenwanden van je bakken.
Aangezien ik nauwelijks sproei in mijn bakken, had het voor mij geen meerwaarde. Ik bevochtig het sphagnum e.d. middels een doseerfles. En wanneer ik ergens toch sproei, dan veeg ik het water op de wanden even af met wat keukenpapier.
Wat ik nu doe is een jerrycan van 10 liter vullen met kraanwater en dit zet ik dan zonder dop een dag of wat buiten (of in de winter op zolder). Hierdoor verdwijnen het chloor en ander vluchtige gassen is mij verteld.
Ik heb tot op heden nog geen aanwijzing kunnen vinden in mijn bakken die aangaf dat het slecht is/was voor de isopods.
Wanneer je ook een temperatuurgradiënt wil hebben in je bak, dan kun je bijvoorbeeld een klein warmtematje o.i.d. tegen een zijwand bevestigen. Doe dit wel altijd via een goede thermostaat om oververhitting te voorkomen.
Zoals te lezen op de substraat pagina, bevindt zich in het substraat zacht, rot hout en bladmateriaal. Dit is het belangrijkste voedsel voor isopods en moet altijd in het substraat aanwezig zijn. Dit moet je dus zo nu en dan aanvullen.
Daarom hoef je niet elke 2e of 3e dag extra voedsel te geven. Het kan en mag wel, maar is niet noodzakelijk.
Er zijn isopod-houders die elke 3, 6 of 12 maanden het gehele substraat verversen. Hier is iets voor te zeggen want als er in de bak veel isopods leven, dan zal er op een gegeven moment erg veel isopod-poep aanwezig zijn.
Zet geen bakje water in je bakken want je loopt het risico dat je isopods verdrinken. Ze nemen al hun benodigde vocht op via hun voedsel en uit het vocht in de lucht.
Ook een zeer belangrijk onderdeel van de verzorging is het voorkomen dat ze niet zullen ontsnappen. Want, wanneer je ze niet bijtijds terugvindt, dan zullen ze doodgaan wanneer ze geen vochtig plekje vinden. Geen vocht... geen ademhaling.
Tegelijkertijd heeft elk nadeel ook weer een "voordeel". Ontsnapte isopods zullen niet snel op plekken terechtkomen (bij de buren o.i.d.) waar ze voor schrik en onrust kunnen zorgen.
Wanneer je begint met een groepje isopods van 10 - 15 exemplaren in een goed ingerichte bak, dan is het normaal dat je ze de eerste tijd nauwelijks zult zien rondkruipen. Meestal beperkt het zien van de dieren zich tot het oppakken van het stuks schors of eierkarton en kijken op de onderkant of ze er op zitten.
Echter... laat de nieuwe isopods zoveel mogelijk met rust in de eerste weken zodat ze hun draai kunnen vinden. Dus niet elke dag verstoren door het schors op te pakken e.d.
Accepteer dat je een poos naar een "lege bak" zit te kijken.
Isopods zijn sowieso lichtschuw en komen gewoonlijk pas tevoorschijn wanneer het donker is. Dus overdag zul je ze weinig zien.
Op een gegeven moment zul je ze iets vaker zien, maar het worden pas echt "kijkdieren" wanneer er meer isopods aanwezig zullen zijn. Dit gebeurt gewoonlijk doordat de dieren zich gaan voortplanten. Hoe meer dieren er in de bak zitten, hoe actiever ze worden. Het magische woord hier is: geduld...
Beperk het aanbieden van aanvullend voer tot kleine beetjes en niet al te vaak. Er is sowieso voldoende voedsel in de bak aanwezig (zacht, rot hout en bladeren) dus het is niet perse nodig. Leg je er toch af en toe wat extra voer in, haal dan wat over gebleven is de volgende dag weg. Want het gaat vrijwel zeker schimmelen.
Er zullen meestal sowieso schimmels tevoorschijn komen in een bak waar zoveel voedzaams aanwezig is.
En om die reden voeg je, tegelijk met je nieuwe isopods, een kolonie springstaartjes toe. Die ruimen de schimmels op of beperken ze.
De isopods hebben geen last van deze kleine opruimers.
Porcellio scaber "calico" en springstaartjes
Het wordt in het algemeen afgeraden om meerdere soorten isopods bij elkaar te huisvesten. Vrijwel altijd zal de ene soort de andere soort overheersen waardoor de andere soort waarschijnlijk zal uitsterven door gebrek aan voedsel.
Isopods worden tegenwoordig ook vaak als opruimers in een kikker- of reptielen terrarium. Tevens kunnen ze natuurlijk ook dienen als voedseldier voor bijvoorbeeld kikkers of hagedissen.